De predikanten van de Gereformeerde Kerk te Tienhoven (U)

Inleiding.

In menige  Gereformeerde Kerk was (is) het een goede gewoonte de foto’s van de predikanten die haar in de loop van de tijd gediend hebben, in de kerkenraadskamer (of elders) op te hangen.

Zo kregen we onlangs van ds. Tj. Doesburg, die van 1961 tot 1966 gereformeerd predikant in het Utrechtse Tienhoven was, een prachtige foto van de predikantengalerij die de gereformeerde kerkenraadskamer te Tienhoven sierde. Op die foto staan de predikanten afgebeeld die de ‘Nederduitsche Gereformeerde Kerk (doleerende)’ te Tienhoven vanaf 26 mei 1887 en vervolgens de Gereformeerde Kerk te Tienhoven vanaf 17 juni 1892 de ‘Gereformeerde Kerk’ te Tienhoven dienden; ook zijn de kerkelijke werkers in de galerij opgenomen, die tussen 1978 en 1992 bij de Gereformeerde Kerk van Tienhoven werkzaam waren.

De predikantengalerij.

De predikantengalerij in de vroegere gereformeerde kerk te Tienhoven.
De predikantengalerij in de vroegere gereformeerde kerk te Tienhoven (foto: ds. Tj. Doesburg).

A. Op de foto zijn de volgende predikanten te zien. We beginnen met de bovenste rij van links naar rechts (tussen haakjes de jaren waarin zij in Tienhoven stonden).

1. Ds. Karel Gerhard Marie Westerbeek van Eerten (1887-1991) – Geboren in Doetinchem op 13 januari 1858 en overleden te Kampen op 18 augustus 1923 (broer van ds. J.J. Westerbeek van Eerten (1856-1926). Hij studeerde in Utrecht en werd door het hervormd provinciaal kerkbestuur van Zuid-Holland tot het ambt van predikant toegelaten. Zijn eerste gemeente was Tienhoven, waar hij in 1886 intrede deed, maar waar hij op 26 mei met de Doleantie meeging. ‘Onmiddellijk werd de predikant geschorst, en later afgezet. Op een nacht is de pastorie toen zo bekogeld met stenen, die tot voor zijn bed vielen, dat hij dacht, dat zijn laatste uur geslagen had’. Een half jaar kwam de dolerende gemeente van Tienhoven in het achterhuis van de heer Loenen bijeen, tot op 25 november 1887 een noodkerk in gebruik genomen werd. Ziekte noopte hem tot het vragen van emeritaat. ‘Zijn geest werd omfloerst’.

2. Ds. Pieter Marinus Ochtman (1892-1898) – Van hem is in de predikantengalerij geen foto opgenomen (waarom is niet bekend; mogelijk door het verloop van zijn ambtsperiode in Tienhoven?). Vandaar dat wij zijn portret hier alsnog opnemen.

Ds. J. Ochtman ().
Ds. P.M. Ochtman (1835-1902.

Zijn predikantsleven verliep dramatisch. Hij werd op 29 januari 1835 in Zierikzee geboren en overleed op 3 maart 1902. Zijn eerste gemeente was die van Niezijl (Gr.) waar hij van 1875 tot 1876 predikant was. In december 1876 vertrok hij naar Haarlem; drie jaar later naar Dinteloord (1879), waar hij gedurende drie maanden geschorst, maar na schuldbelijdenis in het ambt hersteld werd. In 1882 vertrok hij naar Heusden. Hier werd hij enkele maanden later afgezet ‘wegens herhaalde openbare dronkenschap’. Hij vertrok toen naar Amsterdam waar hij op 8 maart 1892 door de classis Amsterdam in zijn ambt hersteld werd. Zo werd hij op 20 november 1892 predikant te Tienhoven. De classis Breukelen zette hem op 20 april 1898 echter af ‘wegens onbekwaamheid tot uitoefening van zijnen dienst door verzwakking zijner geestvermogens’.

3. Ds. Johannes Simon Langen (1899-1901) – Geboren 8 januari 1864 en overleden in Utrecht op 1 oktober 19543. Hij studeerde aan de Vrije Universiteit te Amsterdam en werd in Oldebroek voor het eerst in het ambt bevestigd. Daarna stond hij per 16 april 1899 te Tienhoven. Na iets meer dan twee jaar verruilde hij per 11 augustus 1901 de kansel van Tienhoven voor die van de Gereformeerde Kerk B te Gouda (waar de ‘vereniging’ tussen de Christelijke Gereformeerde Gemeente en de Nederduitsche Gereformeerde Kerk (doleerende) nog niet geëffectueerd was). In Gouda verbleef hij ongeveer negentien jaar, waarna hij zich in maart 1920 in Waarder vestigde. Daar ging hij in juni 1932 met emeritaat. Van hem werd in het Jaarboek ten dienste van de Gereformeerde Kerken geen ‘In Memoriam’ opgenomen, omdat hij overleed in 1943, de tijd van oorlog en Vrijmaking, toen door de heersende onduidelijkheid in de kerkelijke gemeenten de publicatie van ‘In Memoriams’ enkele jaren stil lag.

4. Ds. Hendrik Volten (1902-1908) – Geboren op 20 mei 1867, overleden op 31 maart 1919. Zijn eerste gemeente was die van Neermoor in het Duitse Ostfriesland, waar hij op 4 augustus 1895 in het ambt bevestigd werd. Stellendam werd bijna vier jaar later zijn tweede gemeente, waarna hij op 29 april 1902 in Tienhoven gereformeerd predikant werd. Per 20 september 1908 werd Diemen zijn volgende gemeente. Daar preekte hij afscheid op 10 augustus 1909, omdat hij op verzoek van de regering benoemd was tot predikant bij de Indische Staatskerk. Hij werkte in Bantam, Meester Cornelis en Pontianak. Eervol ontslag uit dat ambt kreeg hij op 27 januari 1918. Omdat hij daarna weer predikant bij de Gereformeerde Kerken in Nederland wilde worden, diende hij daartoe een verzoek in bij de classis Amsterdam. Maar voordat zijn aanvraag behandeld was overleed hij ten gevolge van een beroerte.

De in 1887 in gebruik genomen gereformeerde kerk te Tienhoven.
De in 1887 in gebruik genomen gereformeerde kerk te Tienhoven.

5. Ds. Johannes Cornelis Brussaard (1909-1912) – Geboren op 26 juli 1884 in Dordrecht en overleden op 4 juli 1963 te Oegstgeest. Studeerde aan de Vrije Universiteit te Amsterdam en werd per 24 oktober 1909 aan zijn eerste gemeente, Tienhoven, verbonden. In 1912 werd hij predikant te Meppel en zes jaar later te Bloemendaal (1918). In die gemeente bleef hij vele jaren, vooral omdat hij wilde promoveren en in die kleine gemeente rustig aan zijn proefschrift kon werken. ‘Beroepen naar grote plaatsen werden afgeslagen; hij hield niet van ‘mensenpakhuizen’, zoals hij ze noemde’. Maar in 1924 werd hij ’als dominee van een der kleinste gemeenten pastor van de grootste (radio-) gemeente in Nederland’, Radio Bloemendaal, uitgaande van de Gereformeerde Kerk aldaar. Zijn buurman, mr. Monnik kwam eens bij hem op bezoek en zei dat hij het zo jammer vond dat de die zondag gehouden preek niet vér buiten de muren van de kerk gehoord had kunnen worden. Kon de radio – in die dagen een opkomend medium – daarin geen verandering brengen? Een MTS-er knutselde een kleine zender in elkaar, de minister gaf vergunning en in juni 1924 kon de eerste uitzending plaatsvinden. ‘Voor tal van niet-kerkelijken werd hij de vertrouwensman’. Ds. Brussaard verleende enige tijd medewerking aan het blad ‘Woord en Geest’, dat echter langzamerhand de koers van de in aantocht zijnde ‘Gereformeerde Kerken in Hersteld Verband’ volgde (ontstaan in 1926 ten gevolge van ‘de kwestie-Geelkerken’: ‘sprak de slang in het paradijs? Waren de bomen in het paradijs zintuiglijk waarneembaar?’). Daarom trok hij zich uit de redactie terug. Hoewel hij voorstander was van vernieuwing in de Gereformeerde Kerken, sloot hij zich niet aan bij de ‘Hersteld Verbanders’.

6. Ds. Arie Cornelis Heij (1913-1918) – Geboren op 26 maart 1877 in Reeuwijk, overleden te Apeldoorn op 15 december 1960. Hij studeerde aan de Vrije Universiteit en was van 1904 tot 1906 hulpprediker te Gorinchem. Daarna werd hij op 27 mei 1906 predikant te Molenaarsgraaf en zeven jaar later, per 24 augustus 1913, te Tienhoven. Daar stond hij tot 10 november 1918, toen hij naar Koudekerke vertrok. Per 1 juli 1946 ging hij met emeritaat. ‘In zijn derde gemeente, Koudekerke, vond hij zijn eigenlijke bestemming en heeft daar zijn kracht ten volle kunnen ontplooien. Dit laatste mede doordat hij steeds meer geroepen werd tot allerlei arbeid in breder kerkelijk verband. (…) Zijn levensweg was smartelijk. Zijn vrouw Sjoerdtje Elizabeth Goslinga werd hem ontnomen, evenals drie van zijn kinderen’.

7. Ds. Adrianus Boekenoogen (1920-1923) – Hij werd geboren op 30 mei 1871 in Woerden en stierf in Driebergen-Rijsenburg op 11 april 1961. Studeerde aan het Christelijk Gymnasium te Zetten, waar ds. F.P.L.C. van Lingen (1832-1913) directeur was. Vervolgens ging hij naar Amsterdam, waar hij aan de Vrije Universiteit studeerde en in 1897 zijn kandidaats haalde. Per 11 september 1898 werd hij predikant bij de Gereformeerde Kerk B te Apeldoorn (waar de vereniging tussen de Christelijke Gereformeerde Gemeente en de Nederduitsche Gereformeerde Kerk (doleerende) pas in 1900 plaatsvond). In Tienhoven stond hij van 12 december 1920 tot 8 juli 1923, waarna hij naar Wijhe vertrok. Daar verkreeg hij vijftien jaar later, 25 september 1938, emeritaat. Hij werd ‘een man van orde, preciesheid en humor’ genoemd.

Het interieurvan de gereformeerde kerk voor de verbouwing in 1965.
Het interieurvan de gereformeerde kerk voor de verbouwing in 1965.

8. Ds. Evert Louis Smelik (1925-1926) – Werd geboren op 8 september 1900 in Den Haag en overleed op 22 februari 1985 te Geldrop. Aanvankelijk was hij hulppredikant te Bloemendaal maar kwam na ruim een jaar, op 6 december 1925 als gereformeerd predikant naar Tienhoven. Daar werd hij door de classis Beukelen afgezet. Dat kwam omdat hij zich opstelde achter dr. J.G. Geelkerken. Deze liet de zintuiglijke waarneembaarheid van de bomen in het paradijs en het spreken van de slang in het midden en werd daarover door een van zijn Amsterdamse gemeenteleden aangeklaagd bij de kerkenraad. Uiteindelijk werd dr. Geelkerken door de Generale Synode Assen 1926 afgezet. Een en ander had een kerkscheuring tot gevolg die in 1926 plaatsvond en een nieuw landelijk kerkverband opleverde: ‘De Gereformeerde Kerken in Nederland (in Hersteld Verband)’. Ook in Breukelen kwam het in september 1926 tot de vorming van een Hersteld Verbandkerk. In 1946 vond de landelijke vereniging plaats tussen de Hervormde Kerk en de Geref. Kerken in Hersteld Verband.  Ds. Smelik werd, na zijn voortgezette theologische studie in Leiden en Amsterdam, in 1949 hoogleraar vanwege de hervormde kerk.

B. De middelste rij foto’s toont van links naar rechts de volgende predikanten:

9. Ds. Johannes Martinus Kroes (1929-1932) – werd in 1901 in Kampen geboren en overleed in 1971 te Arnhem. Hij studeerde aan de Theologische School in Kampen en werd op 28 juli 1929 gereformeerd predikant te Tienhoven, zijn eerste gemeente. Ruim drie jaar later vestigde hij zich als predikant in Dalfsen, waar hij zich in navolging van dr. K. Schilder (1890-1952), met een groot deel van zijn gemeente op 8 oktober 1945 vrijmaakte (hij ging in 1966 met emeritaat).

10. Ds. Hendrik Jan Westerink (1934-1938) – Hij werd op 9 mei 1904 geboren in Nunspeet en overleed op 8 november 1964 in Leiden. Hij studeerde aan de Vrije Universiteit en deed op 18 februari 1934 intrede in zijn eerste gemeente, Tienhoven. Een jaar later werd hij gereformeerd predikant te Leiden. Op 1 oktober 1937, nog tijdens zijn predikantschap te Tienhoven, promoveerde hij aan de Vrije Universiteit op het proefschrift: ‘Het Koninkrijk Gods bij Paulus’.

11. Ds. ‘Ru’ A. Flinterman (1938-1946) – Hij werd geboren op 10 augustus 1909 en overleed op 23 september 1987. Tussen 1935 en 1938 verrichtte hij hulpdiensten in achtereenvolgens Voorburg en Montfoort. Op 22 mei 1938 werd hij predikant in Tienhoven, zijn eerste gemeente. In 1946 werd hij geestelijk verzorger ten dienste van politieke delinquenten. Daarna stond hij tien jaar als gereformeerd predikant te Goes. Op 22 september 1947 werd hij ziekenhuispredikant in dienst van de Gereformeerde Kerk te ‘s- Gravenhage-Oost. Op 1 oktober 1974 ging hij met emeritaat.

12. Ds. P. Boes (1946-1960) – Geboren op Marken op 27 oktober 1898, overleden op 1 september 1976. Zijn jeugd bracht hij door in Duitsland, omdat zijn ouders naar Duitsland waren verhuisd om vanuit Emden het beroep van visser te kunnen voortzetten. Daar bezocht hij ook het gymnasium, maar studeerde aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. In 1925 deed hij intrede in het Friese Beetgum. In 1930 kreeg hij een beroep naar ’s-Graveland waar hij tot 1946 bleef. Toen vertrok hij toen hij naar Tienhoven. Daar ging hij in 1960 met emeritaat. ‘Ook in Tienhoven hielden ze van hem; de kerkenraadsleden hebben hem ten grave gedragen, hetzelfde graf waarin zijn eerste vrouw was gelegd.

De in 2002 buiten gebruik gestelde gereformeerde kerk (foto Andre van Dijk).
De in 2002 buiten gebruik gestelde gereformeerde kerk (foto Andre van Dijk).

C. Op de onderste rij zijn de volgende predikanten afgebeeld:

13. Ds. Tjalling Doesburg (1961-1966) – Ds. Doesburg werd op 8 augustus 1931 geboren, studeerde aan de Vrije Universiteit en kwam per 28 mei 1961 naar Tienhoven, zijn eerste gemeente. Ruim vijf jaar later, in september 1966, werd hij als gereformeerd predikant te Leerdam in het ambt bevestigd; vandaar trok hij in juni 1969 als gereformeerd predikant naar Bovensmilde. Per 1 mei 1977 verruilde hij Bovensmilde voor Leiderdorp, waar hij per 1 september 1996 met emeritaat ging. Ds. Doesburg schreef voor wat Tienhoven betreft een aantal geschriften over de geschiedenis van Gereformeerde Kerk aldaar en in 2014 verscheen zijn ‘Ontsloten huis. Op zoek naar de zin van het raadselachtig bestaan’.

14. Ds. G. Burger (1967-1971) – Werd geboren op 22 januari 1939 en kwam per 16 april 1967 naar Tienhoven. Per 20 juni 1971 vertrok hij als gereformeerd predikant naar Rotterdam-Feijenoord, waar hij een deel van zijn arbeid verrichtte onder de schippers. In 1974 raakte hij buiten bediening.

15. Ds. N. van Haeringen (1971-1974) – Werd geboren op 25 mei 1906 en overleed op 14 januari 1988. Zijn eerste gemeente was die van Zweeloo (Dr.), waar hij van 1932 tot 1946 gereformeerd predikant was. Daarna werd hij predikant te Veenhuizen, waar hij ook de geestelijke verzorging in de strafgestichten voor zijn rekening nam. Gevangenispredikant werd hij per 1 januari 1968. Drie jaar later ging hij met emeritaat. Van 1971 tot 1974 verrichtte hij hulpdiensten in de kerk te Tienhoven.

16. Ds. L. van der Linde (1974-1977) – Werd geboren op 18 juli 1909. Op 23 februari 1941 werd hij gereformeerd predikant te Zonnemaire en ruim twee jaar later te Fijnoort. Op 31 juli 1946 werd hij verbonden aan de Gereformeerde Kerk te Rijnsburg, waar hij dertig jaar later, op 1 augustus 1974, met emeritaat ging. Met ingang van 15 september dat jaar was hij tot 1 mei 1977 in tijdelijk verband aan de kerk van Tienhoven verbonden. De predikant overleed in 1996.

17, 18, 19. Na het tijdelijk dienstverband van ds. Van der Linde werden vanaf 1978 kerkelijk werkers benoemd. Dat waren – voor zover afgebeeld op de predikantengalerij – achtereenvolgens in 1978 en 1979 dhr. H.J.G. de Lange; van 1980 tot 1985 de heer M. Schreuder, en daarna vanaf 1986 tot 1992 de heer F.A.L. van der Louw.

De ledentallen van de Geref. Kerk Tienhoven.

De ledentallen van de Gereformeerde Kerk te Tienhoven (U).
De ledentallen van de Gereformeerde Kerk te Tienhoven (U).

Bronnen onder meer:

Joh. de Haas, Gedenkt uw voorgangers, 5 dln., Haarlem, 1984-1989

Gemeenten en predikanten van de Gereformeerde Kerken in Nederland. Leusden, 1992

Jaarboeken ten dienste van de Gereformeerde Kerken in Nederland, 1893-2003

© 2016. GereformeerdeKerken.info

(Met hartelijke dank aan ds. Tj. Doesburg te Leiderdorp).