Dr. Blom (NIOD): Journalisten verschuilen zich te makkelijk achter ‘koppenmaker’

Symposium ‘God in de Oorlog’ te Amsterdam (1).

door dr. J. Ridderbos.

Het kan geen lezer van het dagblad Trouw ontgaan zijn: in dit voorjaar verscheen het boek van prof. dr. Jan Bank: God in de oorlog. Op de voorpagina van die krant stond een aankondiging met een sensationele kop en een nog meer sensationele onderkop. Deze vorm van berichtgeving bracht een ongekend groot aantal lezers tot het inzenden van brieven.

Nu inmiddels het stof wat is neergedaald, was het tijd om op een symposium nog eens terug te kijken. Dit gebeurde op dinsdag 24 november 2015. Het symposium was belegd door het Historisch Documentatiecentrum voor het Nederlands Protestantisme van de Vrije Universiteit te Amsterdam.
De  dag viel in twee delen uiteen: in de morgenzitting werd teruggekeken op het brede onderzoek: de kerken in Europa. De middagzitting was met name gewijd aan de berichtgeving in het dagblad Trouw.

De Trouw-journalist Gerrit-Jan Kleinjan vertelde iets over het tot stand komen van het artikel in zijn krant. Hij gleed nogal gemakkelijk over het meest aanstootgevende in de berichtgeving: de twee koppen: die vielen niet onder zíjn verantwoordelijkheid, maar onder die van de ‘koppenmaker’. Hij verwees nog naar de Ombudsman van Trouw, Adri Vermaat. Die was gelukkig wat ruimhartiger dan de journalist: ‘Het gebruik van de term deutschfreundlich was een correctie waard’. In een lang artikel kwam de Ombudsman tot de conclusie: ‘De krant had na het eerste signaal over de feitelijk onjuiste onderkop meteen een correctie moeten publiceren. Daarmee zou recht zijn gedaan en was lezers een lange periode van pijn en boosheid bespaard gebleven’. Dit was royaal en correct. Het is jammer dat de journalist in kwestie deze grootheid niet kon opbrengen.

Dr. Blom (NIOD): Journalisten verschuilen zich te makkelijk achter de ‘koppenmaker’.

Het was dan ook belangrijk, dat tijdens de bijeenkomst de oud-directeur van het NIOD (het Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies), dr. M. Blom, de vinger bij de zere plek legde. Naar zijn mening verschuilen journalisten zich veel te gemakkelijk achter de anonieme koppenmaker. Het was jammer dat de journalist van Trouw niet verder kwam dan de uitspraak, dat Blom ‘een interessante opmerking’ had gemaakt.

In die zin was het dus een onbevredigende bijeenkomst: de heer KleinJan had de mogelijkheid om schoon schip te maken. De sfeer tijdens de bijeenkomst was zeker niet onwelwillend. De Ombudsman had de bal voor het doel gelegd; dhr. Kleinjan behoefde de bal slechts in te schieten.

Het grappige is dat de journalisten het als hun taak zien om politici, die in gebreke blijven om volmondig hun ongelijk te bekennen, te schrobberen. Maar wie houdt de journalist bij de les? Zelfs de oud-directeur van het NIOD lukte dit niet.