De Gereformeerde Kerk te Dinteloord dankt haar ontstaan aan de Afscheiding, die zich op 19 februari 1858 in het dorp manifesteerde, zij het niet als ‘Christelijke Afgescheidene Gemeente’ maar als ‘Gereformeerde Gemeente onder het Kruis’. Dit was een rond 1838 ontstane kerkengroep die zich uit de hoofdstroom van de Afgescheidenen had teruggetrokken en als zelfstandige landelijke kerkengroep zich als zodanig ook in Dinteloord vestigde. Sommige gegevens (die we hieronder nader aanduiden) zijn niet met zekerheid te achterhalen, omdat het vooroorlogse archief van de kerk in de Tweede Wereldoorlog verloren ging).
Het ‘Centraal Weekblad ten dienste van de Gereformeerde Kerken in Nederland’ meldde eind maart 1958 onder meer de volgende kerkelijke nieuwtjes (we hebben tussen [vierkante haken] weer enkele aanvullingen c.q. verbeteringen toegevoegd):
Het duurde even voordat de Generale Synode van de Gereformeerde Kerken in Nederland het belang inzag van de gereformeerde kerkelijke arbeid in de inpolderingsgebiedenrond de Zuiderzee c.q. het IJsselmeer. Men vond het aanvankelijk de taak van de randgemeenten rond de toekomstige polder om het initiatief te nemen, zoals de kerken te Medemblik, Wieringen, Kolhorn en Makkum in Friesland (waar immers de Afsluitdijk aan land kwam), alle zwakke en kleine kerken.
In het nu volgende verhaal een beknopt overzicht van het evangelisatiewerk dat door de Gereformeerde Kerk te Zuidlaren werd verricht met steun van de Particuliere Synode Drenthe.
De Gereformeerde Kerk te Zuidlaren werd oorspronkelijk in 1862 vanuit de Kerk te Vries geïnstitueerd, maar in mei 1872 ontbonden ‘wegens haar voortdurend kwijnende toestand’.
De Gereformeerde Kerk in Nieuwlande (Dr.) komt in handen van de Hersteld Hervormde gemeente te Hollandscheveld e.o., die momenteel kerkt in de voormalige Nikieldaschool aan de Perebomenweg in Nieuwlande. Deze kerk deed het hoogste bod. Wel moet de Regionale Commissie van de Hersteld Hervormde Kerk er nog mee instemmen.
Op 20 februari 1898 werd de Gereformeerde Kerk in het Drentse Zuidlaren geïnstitueerd. Dat gebeurde vanuit de kerk in het Drentse Vries, waaronder de gereformeerden in Zuidlaren sinds 1861 ressorteerden. Voordien behoorden de Afgescheidenen die in Zuidlaren woonachtig waren tot de Christelijke Afgescheidene Gemeente te Haren of Kielwindeweer.
Lang was ’t Harde op de Veluwe niet meer dan een klein boerendorp in een prachtige bosrijke omgeving, met onder meer een christelijke school, een ‘dienstgebouw’ en een buurthuis.
Ouders en familieleden van toekomstige cliënten voor een woonzorgplek in het Friese Grou zijn niet gelukkig met de dreigende afbraak van de gereformeerde kerk en het bijgebouw De Boeiin het dorp.
“Bezwaren tegen sluiting én tegen de manier waarop”.
De Rijnsburgers Frits de Mooij en Hans de Snaijer hadden graag een andere manier uitgezocht om hun onvrede kenbaar te maken over de beslissing van de gereformeerde kerkenraad van Rijnsburg om de Maranathakerk te Rijnsburg te sluiten, maar omdat ze geen andere manier zagen hebben ze besloten hun bezwaren tegen de sluiting van de kerk én tegen de manier waarop dat is gegaan, alsnog in boekvorm te publiceren. Ze vinden namelijk dat de Maranathakerk niet voor het nageslacht verloren mag gaan.
De Christelijke Afgescheidene Gemeente in het Friese Oldeboorn (tegenwoordig in het Fries: Aldeboarn) werd op 18 december 1857 geïnstitueerd. Voordien behoorden de Afgescheidenen die in Oldeboorn woonachtig waren aanvankelijk tot de Christelijke Afgescheidene Gemeente in Tjalleberd en vanaf 1851 tot die te Heerenveen.