Samen terugkijken op wat gebeurde in Epe

De gereformeerde Regenboogkerk van Epe wordt herbouwd.

In de Grote Kerk te Epe werd op zondag 25 augustus 2024 teruggekeken op de brand die de gereformeerde Regenboogkerk op dinsdag 20 augustus trof en in de as legde. Ook veel gemeenteleden uit de Regenboogkerk waren in de gezamenlijke dienst aanwezig.

Op 20 augustus 2024 brak in de gereformeerde Regenboogkerk in Epe een grote brand uit.

In de dienst ging voor ds. Van de Wetering van de Regenboogkerk. Het eerste lied was psalm 84, ‘Hoe lieflijk, hoe goed is mij, Heer, het huis waar Gij Uw Naam en eer hebt laten wonen bij de mensen’. Deze psalm, zo zei ds. Van de Wetering, ‘zou deze ochtend anders in de Regenboog gezongen zijn, aan het begin van de avondmaalsviering. Hoe lief was ons dat huis waar God Zijn Naam en eer bij ons liet wonen. Deze week zei iemand tegen mij: ik weet dat in de wereld veel nare en grotere dingen gebeuren, maar ik ben toch heel verdrietig. Laten we dat verdriet, dat ons huis van de Heer er niet meer is, in gebed brengen bij de Here God’.

In het gebed verwoordde de predikant het verdriet over het verloren gaan van de Regenboogkerk. “U hebt onze tranen gezien toen onze kerk door vuur verwoest werd. Tranen in de ogen van wie er bij stonden, in de ogen van hen die het later hoorden en zagen. Ook al mogen we hier nu met zoveel mensen samen zijn, is het nauwelijks te bevatten. Groot is het leed in de wereld, maar U zult begrijpen, Here God, dat dit ons vandaag toch vooral bezighoudt. Het verlies van een dierbare plek, waar we samen kwamen om Uw Naam te prijzen, waar we de kinderen de blijdschap lieten proeven van het leven met U”.

Ds. Van de Wetering van de gereformeerde Regenboogkerk leidde de gezamenlijke dienst in de Grote Kerk.

“We denken aan hen die deze kerk met zoveel liefde hebben opgeknapt, schoongemaakt, versierd, muziek en zang gemaakt hebben om vreugde te geven en om ons leven te verrijken en ons geloof te laten groeien. Waarom mocht dit niet blijven bestaan? We hebben het gebouw ontvangen van hen die ons voorgingen. We hebben het steeds weer vernieuwd en aangepast. Het was een plek die we liefhadden. Daarom bidden we U, ontferm U over ons, o Heer, over de gemeente van de Regenboogkerk, die de naam draagt van Uw Verbond, van Uw belofte”.

“Ontferm U ook over ieder die zijn persoonlijke herinneringen koestert, maar nu met de pijn om het nooit meer terug te zien. En nu we hier samen zijn in deze kerk, als een herberg voor onze verweesde gemeente, willen we U loven door onze tranen heen omdat we diep van binnen weten: het gaat door! Altijd zal het lied weer opklinken en er komt een dag dat wij weer mee doen in het koor met wie en waar dan ook, en dat U daar zult zijn”.

De classis Veluwe.

Na de overdenking van de predikant, waarin ook gewag gemaakt werd van de herbouw van de kerk, sprak een vertegenwoordiger van de classis over de brand in de Regenboogkerk.

“Een schok toen duidelijk werd dat het gebouw in lichterlaaie stond. Van het hoog opgaande gebouw bleef weinig meer over. Het vuur verslindt wat destijds met veel ijver en toewijding is opgebouwd als huis van de gemeente. Een gemeente onder de Regenboog als teken van Gods trouw. En nu: een rokende puinhoop. Het doet pijn in het hart en verdriet over het verlies van die vertrouwde plek om samen te komen. Herinneringen aan bijzondere diensten van doop, huwelijk en begrafenis, maar ook aan de zondagse samenkomsten als markeerpunten van de week en de activiteiten op de overige dagen: een abrupt einde”.

Ook namens de Classicale Vergadering Veluwe werd het woord gevoerd.

“Namens de Classicale Vergadering Veluwe betonen wij hiermee ons medeleven, dankbaar dat er geen slachtoffers zijn gevallen. Het verlies van het kerkgebouw is heel ingrijpend. Beelden van de niets ontziende vlammenzee die in je geheugen gegrift zijn. Ontreddering is dan een gevoel dat de kop opsteekt. Een gebouw van hout en steen, waar de wolk van gebeden hing van wie zijn voorgegaan. Het is niet meer. Toch mag ook in deze omstandigheden Gods Woord als vaste grond onder de voeten de gemeente staande houden. In het geloof dat elke zondag beleden werd, zien we vooruit naar de dag dat er geen kerkgebouwen meer nodig zijn en zien we dat onze hulp en verwachting is van de Heer Wiens Naam is ‘Ik ben’.”

“Bij deze gelegenheid geef ik de woorden mee van lied 657 vers 2 en 4 en enigszins aangepast: ‘Al is onze stem gebroken en onze adem zonder kracht, het lied op anderer lippen draagt ons door de nacht. Door ademnood bevangen, in verdriet verstild, het lied van Uw verlangen heeft ons aan het licht getild’.”

Verder deelde de spreker mee dat de classis, als eerste aanzet tot de wederopbouw van de gereformeerde kerk, een gift van 1.000 euro uit de kas van de classicale vergadering toezegde.

De kerk wordt herbouwd.

Daarna sprak de voorzitter van de gereformeerde kerkenraad over zijn ervaringen toen hij het niet afgebrande deel van de kerk, de grote zaal, binnenkwam, waar alles nog op orde was, maar dat aan het eind van de lange gang naar de kerk de stank begon, en de puinhoop van de kerk zichtbaar werd. Ook sprak hij over de talloze berichten van medeleven uit het hele land die de kerkenraad ontving en over de tijdelijke oplossing die nodig is voordat in de toekomst de nieuw te bouwen kerk betrokken kan worden.

De voorzitter van de gereformeerde kerkenraad deelde onder meer mee dat de Regenboogkerk herbouwd zal worden.

De kerkenraadsvoorzitter deed namelijk de mededeling dat ‘de verzekeringen op orde zijn en dat we de beschikking krijgen over de financiële middelen om aan de slag te gaan: we gaan weer bouwen. Hoe het wordt gaan we samen bepalen. We gaan natuurlijk bouwen voor onze kinderen en onze kleinkinderen, zodat zij een onderkomen hebben waarmee ze verder kunnen en willen. Refererend aan de artistieke gaven van de Regenbooggemeente merkte hij op dat ‘hoe onze nieuwe kerk er ook zal uit zien, het zal ook een kerk van schoonheid zijn. We willen iets dat mooi is, zoals de oude Regenboog schoonheid bezat, markant was in het straatbeeld. Onze God wordt ook geëerd met iets dat mooi is. En daar gaan we ook rekening mee houden”.

Na de toespraak werd staande gezongen: God roept ons allen tot de daad. Zijn werk wacht, treedt dan aan en weest gereed om elke weg die Hij u wijst te gaan. Wij weten dat, wat komen mag, toch hij slechts wint die waagt, en wie zich zelve geven wil door ’t donker vlammen draagt’.

Het slotlied van de gezamenlijke dienst was lied 416: ‘Ga met God en Hij zal met je zijn’.

Translation into English:

Looking Back Together at What Happened in Epe…

The ‘gereformeerde’ Regenboog Church in Epe is Being Rebuilt.

On Sunday, August 25, 2024, a service was held in the Grote Kerk in Epe to reflect on the fire that struck and destroyed the ‘gereformeerde’ Regenboog Church on Tuesday, August 20. Many members of the Regenboog Church congregation were also present at the joint service.

Reverend Van de Wetering from the Regenboog Church led the service. The first hymn was Psalm 84: “How lovely, how good it is for me, Lord, the house where You have made Your Name and honor dwell among the people.” This psalm, as Reverend Van de Wetering mentioned, “would have been sung this morning differently in the Regenboog at the beginning of the communion service. How dear to us was that house where God let His Name and honor dwell among us. This week, someone said to me: I know that many terrible and more significant things happen in the world, but I am still very sad. Let us bring this sadness, that our house of the Lord is no longer there, to the Lord God in prayer.”

In the prayer, the pastor expressed the sorrow over the loss of the Regenboog Church. “You have seen our tears when our church was destroyed by fire. Tears in the eyes of those who were there, in the eyes of those who heard and saw it later. Even though we may now be together here with so many people, it is hardly comprehensible. Great is the suffering in the world, but You will understand, Lord God, that this is what mainly occupies us today. The loss of a cherished place where we came together to praise Your Name, where we let the children taste the joy of life with You.”

“We think of those who lovingly restored, cleaned, decorated, made music, and sang in this church to bring joy, enrich our lives, and help our faith grow. Why was this not allowed to remain? We received the building from those who came before us. We renewed and adapted it time and again. It was a place we loved. Therefore, we pray to You: have mercy on us, oh Lord, on the congregation of the Regenboog Church, which bears the name of Your Covenant, of Your promise.”

“Have mercy also on everyone who cherishes their personal memories but now bears the pain of never seeing it again. And now that we are together here in this church, as a refuge for our orphaned congregation, we want to praise You through our tears because we know deep inside: it continues! The song will always resound again, and there will come a day when we join in the choir again, wherever and with whomever that may be, and that You will be there.”

The Veluwe Classis.

After the pastor’s Sermon, which also mentioned the rebuilding of the church, a representative of the Classis Veluwe spoke about the fire in the Regenboog Church.

“A shock when it became clear that the building was engulfed in flames. Little remained of the towering building. The fire devours what was built with much zeal and dedication as a house for the congregation. A congregation under the Rainbow as a sign of God’s faithfulness. And now: a smoldering heap of ruins. It hurts the heart and brings sorrow over the loss of that familiar place to come together. Memories of special services of baptism, marriage, and funeral, but also of the Sunday gatherings as markers of the week and activities on the other days: an abrupt end.”

“On behalf of the Classical Assembly of Veluwe, we express our sympathy, grateful that no casualties were reported. The loss of the church building is very impactful. Images of the ruthless sea of flames are etched into your memory. Disarray is a feeling that arises then. A building of wood and stone, where the cloud of prayers hung from those who went before us. It is no more. Yet, even in these circumstances, God’s Word can keep the congregation standing as a firm ground under the feet. In the faith professed every Sunday, we look forward to the day when church buildings are no longer needed, and we see that our help and expectation are from the Lord, whose Name is ‘I Am.’”

“At this occasion, I share the words of hymn 657, verses 2 and 4, slightly adapted: ‘Even if our voice is broken and our breath without strength, the song on others’ lips carries us through the night. Stricken by shortness of breath, silenced in grief, the song of Your longing has lifted us into the light.’”

Additionally, the speaker announced that the classis, as the first step towards the rebuilding of the ‘Gereformeerde’ Church, promised a donation of 1,000 euros from the treasury of the classical assembly.

The Church Will Be Rebuilt.

Afterwards, the chairman of the ‘gereformeerde’ church council spoke about his experiences when he entered the unburned part of the church, the large hall, where everything was still in order, but the smell began at the end of the long hallway leading to the church, and the ruins of the church became visible. He also spoke about the numerous messages of sympathy from across the country that the church council received and about the temporary solution needed before the new church can be built in the future.

The church council chairman announced that “the insurances are in order, and we will have the financial resources to get started: we are going to build again. We will determine together how it will be. We will, of course, build for our children and grandchildren, so they have a place to continue and want to move forward with. Referring to the artistic talents of the Regenboog congregation, he remarked that ‘no matter how our new church will look, it will also be a church of beauty. We want something beautiful, as the old Regenboog had beauty and was prominent in the streetscape. Our God is also honored with something beautiful, and we will take that into account as well.’”

After the speech, the congregation sang standing: “God calls us all to action. His work awaits, then step forward and be ready to go any way He shows you. We know that, whatever may come, only those who dare win, and those who want to give themselves carry the flame through the darkness.”

The final hymn of the joint service was hymn 416: “Go with God, and He will be with you.”