In Groningen was in 1892 – toen de kerken uit de Afscheiding van 1834 en die uit de Doleantie van 1886 landelijk fuseerden tot ‘Gereformeerde Kerken in Nederland’ – voorlopig geen Ineensmelting van de twee Kerken te verwachten.
In of omstreeks in 1213 werd in het Groningse Wittewierum (precies tussen Groningen en Delfzijl) de later zo bekend geworden abdij ‘Bloemhof’ (in het Latijn ‘Floridus Hortus’) van de Premonstratenzer monniken gebouwd. De naam van het dorp is dan ook afgeleid van de kleur van de kleding van deze monniken die in dat verlaten oord waren neergestreken om de omgeving te kerstenen.
Voor we beginnen met de geschiedenis van de Doleantie in het Friese Oosterend (ongeveer acht kilometer ten noorden van Sneek), doen we een kleine stap terug in de geschiedenis, omdat eerdere gebeurtenissen in de negentiende eeuw raakvlakken hebben met het ontstaan van de kerkscheuring van 1886 en volgende jaren, die we de ‘Doleantie’ zijn gaan noemen.
Kaart van Friesland. L = Leeuwarden; S = Sneek; H = Heeg; Om = Oosterbierum; G = Gaastmeer; Ou = Oudega-Idzega (Wymbritseradiel); O = Oosterend (Wymbr.)
In deel 1 van deze serie schreven we over het evangelisatiewerk van de colporteurs J. de Braal en J. Dekker in Ruinen. De eerste werkte er van 1898 tot 1900 en de tweede van 1901 tot 1902’. Na het vertrek van Dekker werd een nieuwe colporteur benoemd, maar werd ook besloten in Ruinen een kerkje te bouwen!