Inleiding.
De Gereformeerde Kerk te Rutten in de Noordoostpolder werd op 1 januari 1954 geïnstitueerd. Een korte terugblik.
Het was in die polder niet de eerste Gereformeerde Kerk. In Emmeloord werd de kerk op 30 oktober 1945 gesticht, in Ens op 25 februari 1947, op 22 januari 1948 te Marknesse, op 1 januari 1953 in Bant, waarna Rutten dus op 1 januari 1954 volgde. Daarna werden nog de Gereformeerde Kerk van Nagele (op 26 mei 1955) geïnstitueerd, de kerk te Creil-Espel-Tollebeek per 31 december 1956, en op 17 januari 1957 de kerk van Kraggenburg. Overigens werd Tollebeek per 23 augustus 1970 losgemaakt uit de combinatie met Creil en Espel en kon daar een zelfstandige Gereformeerde Kerk geïnstitueerd worden.
Het ontstaan van de Gereformeerde Kerk te Rutten.
Zoals gezegd ontstond de Gereformeerde Kerk te Rutten op 1 januari 1954. De kerk telde toen honderdtachtig leden, drie jaar later tweehonderdvijftig. Rutten behoorde tot de plaatsen die bij het in cultuur brengen van de Noordoostpolder het laatst tot ontwikkeling werden gebracht. Men begon daarmee aan de landzijde, vanuit het oosten. Tijdens het in cultuur brengen van de polder kwam ook een groot aantal gereformeerden naar de toekomstige polder, die in het oosten zorgden voor een hoger percentage gereformeerden dan het landelijk gemiddelde.
De overheid trachtte de verschillende bevolkingsgroepen in de nieuwe polders zo evenwichtig mogelijk te verdelen. Bij de verdere uitgifte van gronden in het westelijk deel van de polder probeerde men daarom zorgvuldig de verhoudingen weer ‘recht te trekken’. Vandaar dat in het westelijke gedeelte van de polder ‘teveel’ rooms-katholieken en vrijzinnigen kwamen te wonen.
De verschillen tussen de aantallen gereformeerden in de oostelijke en in de westelijke helft van de polder waren rond 1957 duidelijk af te lezen uit de ledentallen van de verschillende kerken. De oostelijke kerken, Luttelgeest (toen met 900 gereformeerden), Marknesse (met 470) en Ens (met rond de 460) verschilden duidelijk met de ledentallen van de westelijke kerken: Rutten telde toen ruim 260 leden, Creil ongeveer 200 en Nagele ruim 160 leden. Besloten werd bovendien dat in het westelijke dorp Espel géén zelfstandige Gereformeerde Kerk te vestigen, maar de gereformeerden in dat dorp te combineren met de Gereformeerde Kerk te Creil. In de westelijke dorpen Kraggenburg en Ens (even ver van elkaar verwijderd als Creil en Espel) konden daarentegen wél zelfstandige kerken geïnstitueerd worden.
De eerste predikant.
De kerkenraad van Rutten nam al snel het beroepingswerk ter hand. Het eerste beroep was meteen raak. Nog hetzelfde jaar, namelijk op 31 oktober 1954, kon de eerste predikant intrede doen. Dat was ds. W. Blanken (1929-1994), die daar van 1954 tot 1959 predikant was. Hij had tijdens zijn vijfde jaar als student aan de Theologische Hogeschool in Kampen al enige tijd als ‘catechiseermeester’ in het dorp Bant gewerkt, ‘maar ik kan niet zeggen, dat mijn interesse voor de polder in die tijd bepaald werd vergroot’. De polder had dus niet zijn speciale voorkeur, ‘maar toen het beroep van Rutten er eenmaal was, vond ik het toch wel aardig’.
Het werkterrein van de nieuwe predikant strekte zich uit over een gebied met een straal van ongeveer vijf kilometer. Daar kwam nog bij dat slechts negen van de gezinnen in Rutten zelf woonden, en vier in de directe omgeving van het dorp, maar de rest van de gemeenteleden woonde verspreid in het ‘echte poldergebied’. De ter beschikking gestelde bromfiets kwam dus goed van pas.
In Rutten vestigden zich trouwens ook nogal wat boeren uit Zeeland. De opbouw van het dorp (en van de kerk) vond immers plaats in de tijd van de overstromingsramp in Zeeland, op 1 februari 1953. Daardoor werden velen van huis en haard verdreven. Nogal wat boeren besloten toen een nieuw leven te beginnen in de polder.
Een eigen kerk.
Na de instituering van de kerk op 1 januari 1954 kerkten de gemeenteleden de eerste tijd in een lokaaltje van een barak in het werkkamp van de IJsselmeerwerkers. In mei 1954 kreeg de Centrale Hervormde Gemeente ‘De Noordoostpolder’ een noodkerk cadeau van de Wereldraad van Kerken, ‘compleet met klokkentoren en al’. Het gebouwtje had eerder dienst gedaan in Ens en kon ongeveer honderd kerkgangers bevatten. De hervormden verleenden de gereformeerden toen gastvrij onderdak voor hun kerkdiensten in het kerkje aan de Veeneweg, tot de gereformeerde kerk gereed was.
De eigen kerk aan de Meerweg werd op 7 maart 1957 in gebruik genomen. Het was het eerste permanente kerkgebouw in het dorp: in 1958 kwam aan de Plantsoenweg de rooms-katholieke Servatiuskerk en in 1960 de definitieve hervormde kerk aan de Veeneweg.
De gereformeerde kerk werd gebouwd onder architectuur van Meijer en Van der Zee. Ze kregen de opdracht een kerk te bouwen met ruimte voor ongeveer 270 kerkgangers. Er werd alleen een eenvoudige klokkentoren bij de kerk gebouwd. Via een verbindingsgang kon men een keukentje, toiletten en een tweetal vergaderlokalen bereiken. De kerk werd verwarmd door heteluchtverwarming. Van de kerk te Santpoort werd een klein orgel met vier sprekende stemmen overgenomen.
In oktober 1989 konden de gereformeerden hun hervormde geloofsgenoten een wederdienst bewijzen: dat jaar brak namelijk brand uit in de hervormde kerk; de hervormden konden toen hun kerkdiensten in de gereformeerde kerk houden. Doordat beide gemeenten toen in hetzelfde kerkgebouw bijeenkwamen verliepen de kerkelijke (en persoonlijke) contacten een stuk makkelijker dan voorheen. Zo groeide ook langzaam de gedachte te gaan fuseren.
Jeannette Weultjes schrijft: ‘Toen de hervormde kerk weer was opgebouwd en de fusie een feit werd, moest een keuze gemaakt worden welke kerk verkocht zou worden. De hervormde kerk was [na de brand] compleet gerenoveerd en de gereformeerde kerk was aan onderhoud toe. Daarom viel de keuze op de hervormde kerk. Natuurlijk waren er wel wat gereformeerde leden van het eerste uur, die moeite hadden met de verkoop van hun zelf betaalde kerk, maar over het algemeen was er geen discussie’.
De ledentallen van de Gereformeerde Kerk te Rutten.
De Protestantse Gemeente Rutten telde in 2007 in totaal 346 leden, in 2015 nog 278.
Bronnen en literatuur:
W. den Boer e.a. (red.), ‘Een machtig arbeidsveld’. De opbouw van het kerkelijk leven in de Noordoostpolder. Gouda, 2008
FdR, Weer een nieuwe polderkerk, in: Centraal Weekblad ten dienste van de Gereformeerde Kerken in Nederland, 5e jrg. nr. 17, 27 april 1957
J.T.W.H. van Woensel, Kerkopbouw en kerkbouw in de IJsselmeerpolders. Lelystad, 1996
© 2017. GereformeerdeKerken.info