Op zondag 12 december 2021 om tien uur vond in het Gronngse Sellingen ‘de laatste volledige kerkdienst’ plaats in het gereformeerde kerkgebouw aan de Dorpsstraat. Het kerkgebouw ‘De Hoeksteen’ wordt verkocht.
Volgende week zondag 19 december 2021 zal een korte, definitief laatste, dienst in De Hoeksteen beginnen, en eindigen in de kerk in de Torenstraat, waar de kerkdiensten van de Protestantse Gemeente in het vervolg gehouden zullen worden. De Filmclub Sellingen realiseerde de livestreaming van de dienst via internet.
De dienst in de gereformeerde kerk stond onder leiding van ds. G.P.E. van Helden uit het Friese Buitenpost – hij was van 1990 tot 1999 gereformeerd predikant te Sellingen. De gemeenteleden zaten rond tafels in groepjes bijeen. De liederen werden niet door de aanwezigen gezongen, maar vertoond via een projectie. De kerkzaal was gevuld door ruim dertig kerkgangers, terwijl via de livestream ongeveer dertig kijkers de dienst bijwoonden. Het thema van de dienst was ‘Herinneren en verwachten‘.
Vijf kaarsen…
Na een inleidend woord werden vijf kaarsen aangestoken “(1) voor alle mensen die hier samenkwamen om de lofzang gaande te houden, (2) voor alle kinderen die hier gedoopt werden en kinderen van het Licht van Gods liefde zijn, en voor allen die hier hun doop beaamden, (3) voor allen van wie we hier afscheid hebben genomen en die nu in het Licht zijn bij God, (4) voor allen die hier elkaar trouw beloofden om in het Licht van Gods liefde hun weg samen door het leven te gaan en (5) voor allen, groot en klein, die bijna tweehonderd jaar lang een huis van God vormden, voor hen die nog leven en voor hen die niet meer leven. Dit onderdeel van de dienst werd afgesloten met het luisteren naar lied 601, ‘het lied van het licht’, “gezongen in een kerk die niet meer als zodanig gebruikt wordt”.
In het gebed vroeg de predikant om ontferming over de zo lang gescheiden wegen, waardoor ”niet gedaan is wat Jezus ons opdroeg: wees dan allen één. Al meenden onze voorouders u oprecht te dienen, toch verdeelden we de gemeente. Vergeving vragen we u voor alle verdeeldheid, alle gelijkhebberij; ontferm U, Heer, en beweeg ons om met nieuwe geestkracht samen in onze plaats een vindplaats te zijn van geloof, hoop en tastbare liefde door Christus Jezus, onze Heer”.
Lezingen.
De eerste lezing was uit Jesaja 40 “(…) Wie hoopt op de Heer krijgt nieuwe kracht; hij slaat zijn vleugels uit als een adelaar, hij loopt, maar wordt niet moe, hij rent, maar raakt niet uitgeput”. De tweede lezing was uit 1 Corinthiërs, waar Paulus waarschuwt voor verdeeldheid in de gemeente met de woorden: “Wanneer de een zegt ‘Ik ben van Paulus’, en een ander: ‘Ik ben van Apollos’, bent u dan niet als alle andere mensen?’
Verkondiging.
In de verkondiging vroeg de predikant zich af “of we iets wezenlijks kwijtraken als we volgende week dit gebouw verlaten en het afstoten. (…) Ja, jullie laten een gebouw los. Maar, schrijft Paulus, weet u dan niet dat u een tempel van God bent? Jullie hébben niet een gebouw, jullie zíjn het. En niet zomaar een gebouw, nee, een tempel”.
De predikant wees er op dat de tempel van Apollo in Korinthe (nu een ruïne) weliswaar het stadsbeeld domineerde en beeldbepalend voor de stad was, maar dat het merendeel van de gemeente van Christus in Korinthe uit slaven bestond, “onaanzienlijke mensen, behorend tot het grauw’. En hen noemde Paulus ‘Gods tempel’. Zijn wij in Sellingen dat? Wij zijn toch maar een klein clubje heel gewone, en dan vooral ook nog grijze mensen in een uithoek van het land?”
Ja. “Als volgelingen van Christus hebben jullie de Geest van God ontvangen. Jullie leven als mensen door wie de liefde van God tastbaar wordt. Bij jullie begint een andere wind door de wereld te waaien. Als het goed is”.
Maar in Korinthe, zo constateerde Paulus, leefden ze net zo als de andere mensen die nog vast zaten aan de wereld; ze vormden groepen en partijen die elkaar beconcurreerden: ‘Wij zijn van Paulus, wij zijn van Apollo’. Zo doen ze net zo hard mee aan de strijd om de grootste en belangrijkste te zijn. Zitten ze dan niet met huid en haar vast aan de wereld van macht en concurrentie? Tóch weer partijen: da’s een hervormde en wij zijn gereformeerden? Waait er dan wel een echt andere wind?”
“Paulus geeft ons een andere kijk op onszelf. We zijn niet alleen maar een zieltogend clubje, dat zijn beste tijd gehad heeft. Ook al zitten we te somberen over de toekomst van onze gemeente. Paulus zegt: ‘Weten jullie niet dat jullie een tempel van God zijn?’ Voor ons is nauwelijks goed te peilen hoeveel dynamiet er in die boodschap zit. Paulus is een Jood. Voor hem is er maar één tempel: Jeruzalem. God wilde te midden van zijn mensen wonen. Joden mochten daar bij God komen. Niet-Joden mochten alleen in het buitenste gedeelte komen. Verschil was er en verschil moest er blijven. Nú schrijft Paulus: dat ze met elkaar Gods Tempel zijn. Zij die nooit in het hart van de tempel mochten komen, zijn nu zelf het hart van Gods woonplaats”.
“Wij, die ver van God vandaan stonden, mogen hem vertegenwoordigen. We waren geen mensen van God, maar Hij ziet ons daarvoor toch zitten. Daardoor daagt er een nieuwe gemeenschap, die alle scheidslijnen en patronen in de wereld doorbreekt. Dat maakt die gemeente daar en hier anders. Ze vormen een gemeenschap die werkelijk vernieuwend is. Geen heren en slaven meer. Geen onaanzienlijken en aanzienlijken. Geen hervormden en gereformeerden. Geen rijken en machthebbers die voor Heer en zelfs voor God spelen. Rangen en standen verdwijnen. Een nieuwe gemeenschap van Gods mensen, van nieuwe mensen die vol zijn van Zijn Geest”.
“Ik denk dat wij vaak te weinig beseffen wat het vernieuwende is van de gemeente in onze wereld, namelijk dat we een nieuwe gemeenschap vormen over alle kloven heen. Dat is het project waar God aan bouwt. Waar mensen elkaar niet meer overheersen en beconcurreren. Jullie, schrijft Paulus aan Korinthe én aan ons, jullie zijn dat project van God. Hij bouwt het op het fundament van Jezus Christus. Die keert namelijk alles om in deze wereld. De omkeer van onze wereld begint bij Hem”.
“Wij mogen die ommekeer, die God met Jezus begon, meemaken. Wij mogen daaraan ook meewerken, ook al laat je straks het gebouw los. Dat doen we waar we een gemeenschap vormen, een kring, helemaal als het geen afgesloten kring is, waar nieuwe binnenkomers kunnen aanschuiven en opgenomen kunnen worden. We blijven daardoor ook bondgenoten van mensen die met lege handen staan. (…) Pas als daar niets meer van te merken is, moeten we ons zorgen maken over de toekomst van de gemeente”.
“Ja, we laten een gebouw los, maar wij zijn Gods Tempel. Het zit ‘m niet in dit gebouw en niet in het andere, zelfs niet als daarop een klein torentje als vinger naar de hemel wijst. Het zit in wie we zijn. Door God. Een nieuwe gemeenschap. Hoe onbetekenend we ook lijken, we zijn Gods Tempel, een plek waar God kan worden ontmoet. Waar hemel en aarde elkaar raken. En waar Gods alles omwentelende Liefde te vinden is. Amen”.
Wat laat je achter en wat neem je mee?
Na de verkondiging kregen de gemeenteleden gelegenheid iets op te schrijven van wat ze door het verlaten van dit kerkgebouw ‘achterlaten’ en wat ze volgende week ‘meenemen’ naar het andere kerkgebouw in de Torenstraat. Een inventarisatie van het geschrevene leverde onder meer op dat men achterlaat: ‘een vertrouwde omgeving en ruimte; zevenentachtig jaar kerkgang hier; verdeeldheid’ en dat men meeneemt: ‘herinneringen; voornemens; liefde en vertrouwen; mezelf met mijn positieve en negatieve kanten’.
Staande ontving de gemeente daarna de zegen. Men bleef nog enige tijd na ‘voor een hapje en een drankje’.
Volgende week zondag komt men dus nog kort samen in De Hoeksteen om het gebouw definitief te verlaten en koers te zetten naar de kerk in de Torenstraat. We komen daarop t.z.t. terug.
© 2021. GereformeerdeKerken.info