Op zondag 22 september 2024 werd de eerste dienst van de Gereformeerde Regenboogkerk te Epe gehouden in het buurthuis Burgerenk, ‘na vier dankbare weken in de Grote Kerk’. Het thema van de dienst was ‘God in het buurthuis’. De voorganger in de dienst was ds. A.M. van de Wetering.
Zoals we al eerder berichtten werd het kerkgebouw van de Gereformeerde Kerk te Epe door een grote brand geheel verwoest. Van het Nederlands Bijbel Genootschap had de Gereformeerde Kerk een nieuwe bijbel gekregen, omdat ook de kanselbijbel in het verwoeste kerkgebouw verloren ging.
De liederen.
Aan het begin van de dienst werd door de muziekgroep onder leiding van Willem Veldkamp gezongen ‘Welkom in Gods huis’. Psalm 84 werd in verschillende bewerkingen vertolkt: ‘Wat houd ik van uw huis, heer van de hemelse legers’ en ‘Hoe lieflijk hoe goed is mij Heer, het huis waar Gij Uw naam en eer hebt laten wonen bij de mensen’. De muziekgroep zong onder meer ook: ‘Verberg mij nu onder Uw vleugels, Heer’; ‘dit is het lied dat in de Goede Herderkerk in Epe gezongen werd op de zondag na de brand in de Regenboogkerk’. Ook werd psalm 43 gezongen: ‘Dan ga ik op tot Uw altaren, tot U o bron van zaligheid’. Na de Schriftlezing uit 1 Koningen 8 werd gezongen het lied ‘Huis van God’ en na de verkondiging uit psalm 23: ‘De Heer is mijn Herder’. Daarna werd het lied ‘Goed om hier te zijn’ aangeheven.
De Schriftlezingen.
Uit de bijbel werd gelezen uit gedeelten van 1 Koningen 8, waarin verteld wordt over Salomo, die een nieuwe tempel bouwde. Uit het Nieuwe Testament werd gelezen uit het laatste hoofdstuk van Openbaring, waar Johannes op Patmos het visioen had van de nieuwe aarde en de stad Jeruzalem.
Gebed.
Aan het begin van de dienst sprak predikant: “Daar zitten we dan op een nieuwe plek, met gedachten aan het vorige onderkomen. Daarom lezen we psalm 42: ‘Weemoed vervult mijn ziel nu ik mij herinner hoe ik meeliep in een dichte stoet en optrok naar het huis van God. Een feestende menigte, juichend en lovend. Wat ben je bedroefd mijn ziel, en onrustig in mij. Vestig je hoop op God. Eens zal ik Hem weer loven, mijn God, Die mij ziet en redt’.
In het gebed sprak de predikant dankbaarheid uit voor het nieuwe dak boven het hoofd, “maar hoeveel te meer denken we terug aan het dak dat we zijn kwijtgeraakt. ‘Weemoed’, het woord van de psalmdichter, is zo herkenbaar. (…) Hier zijn we weer om voor ons zelf en voor ons als gemeente een weg te vinden om te kunnen gaan. Dat we ons hier gauw thuis mogen voelen en U bij ons mogen weten”.
Een brief uit Broeksterwoude!
Een verrassing was dat de kinderen van de kindernevendienst in Epe een brief hadden gekregen van de kinderen van de kerk in het Friese Broeksterwoude met een tekening van de regenboog. In de brief werd verteld dat ze gehoord hadden dat de Regenboogkerk afgebrand was en dat de kinderen nu geen plaats meer hadden waar ze bij elkaar konden komen. Ze hadden zondag uit de Bijbel gelezen over de herbouw van de tempel, “en toen moesten we aan jullie denken. We hopen dat jullie snel een nieuwe kerk kunnen bouwen. Daarom een tekening van de regenboog met al onze vingerafdrukken”.
De predikant legde vervolgens uit dat het zo mooi is dat alle kerken in de hele wereld eigenlijk één grote familie vormen. Dat kun je mooi zien aan de brief uit Broeksterwoude. Ook voor de kinderen van Broeksterwoude werd toen het lied ‘Eén grote familie’ gezongen. De kinderen gingen daarna naar de kindernevendienst in een andere ruimte, waar ze verder gingen met het uitbeelden van hun herinneringen aan de Regenboogkerk.
De verkondiging.
Ds. Van de Wetering sprak woorden van de volgende strekking:
‘Passen wij eigenlijk wel in het buurthuis?’ was de gedachte die de laatste weken door ons heen ging. Met een beetje creativiteit lukt het. Een andere vraag was: ‘Past God wel in het buurthuis?’ Een koning woont immers ook niet in een woonwagen? Salomo had dezelfde vraag, maar dan met betrekking tot die mooie tempel. De hoogste hemel is nog te klein voor Hem, vond hij. Vergeleken met die tempel zijn wij vrij kansloos. Maar ik ben ervan overtuigd: ‘Ook in het buurthuis is God’.
‘Maar heeft God eigenlijk wel een huis op aarde nodig? Moeten er muren om Hem heen staan? God is toch overal?’ David en Salomo vonden van wel. Maar de tempel werd verwoest en we beseffen: Dat moet pijn gedaan hebben. Er bleven alleen maar puinhopen over. We weten nu hoe dat voelt. Nooit zal ik de ontzetting vergeten op de 20ste augustus: die allesvernietigende vlammen, ook het doopvont, de avondmaalsbekers, de bijbel, het orgel. Daar mochten we ooit God ontmoeten; nu is het een levensgevaarlijke bouwval.
Maar is God dan aan een plaats gebonden? Nee, dat niet. Tegen de ‘Samaritaanse vrouw bij de put’ zei hij: ’Je hoeft God niet speciaal op die en die plek te aanbidden, maar je moet God aanbidden vervuld van Geest en Waarheid. Daar komt het op aan. De plek op zich is minder belangrijk. Waar je ook woont, je kunt altijd een plek vinden waarvan je zegt: ‘Dit is de plek waar ik met andere mensen God ontmoet’. Een gebouw is voor ons belangrijk, misschien nog wel belangrijker dan voor God Zelf. Net als voor Salomo, voor wie de tempel het gebouw was waar hij God zou kunnen ontmoeten. God woont daar niet als Zijn thuisadres, maar Hij is er te vinden. Dat kan ook een eenvoudig buurthuis zijn of een fraai versierde tempel. Hij was in de tempel, hij was er vanaf 1937 al die jaren in de Regenboog, en Hij is ook hier, in het buurthuis, bij ons. Ook hier kunnen de gebeden opklinken tot God. Ook hier worden we getroost en bemoedigd. Ook hier worden de verhalen verteld over God.
‘Nou’, zegt misschien iemand, ‘dan hebben we eigenlijk ook helemaal geen kerkgebouw nodig! Waarom moeten we er dan nog zoveel tijd en geld in stoppen?’ Dat is strikt genomen helemaal waar. Ook bij ons in de buurt kerkt de ene kerk in een school, een andere in een sporthal. Een gebouw is geen voorwaarde, maar wel een meerwaarde. Daarom mogen we best rouwen om het verlies van onze prachtige Regenboogkerk.
Het zal voor u misschien best vreemd geweest zijn vanmorgen om een plekje te vinden. Maar het is ook wel leuk dat u misschien nu naast heel iemand anders zit. Het is nog niet vertrouwd, maar we zijn blij dat we hier zijn. Toch: ‘Weemoed vervult mijn hart’, lazen we. Maar denk ook aan de draagbalken van de Ark in de tempel: God kan ook weer verder gaan. Mensen ook: als je verhuist gaat God mee. God was er tijdens de vier zondagen in de Grote Kerk, Hij zal er zijn als we met Dankdag aanschuiven in de Goede Herderkerk, en als de nieuwe Regenboogkerk er komt, zal Hij ook daar zijn.
‘Zal God ook op de nieuwe aarde zijn, zoals Johannes in zijn visioen zag?’ Jazeker, Daar is echter geen tempel, geen kerk. Maar God, zegt Johannes, woont bij de mensen. Dan kunnen die muren voorgoed weg. Naar die dag kijken we uit. Ik weet niet of in onze nieuwe kerk ook een kruis aan de wand zal hangen; dat zou heel goed kunnen. Maar ik weet wel, dat zonder dat Kruis er geen mogelijkheid zou zijn geweest om zo intiem met God samen te zijn”.
‘Verhalen over de Regenboogkerk…’
Vanuit de kinderen, teruggekeerd uit de kindernevendienst, kwam na de verkondiging nog de wens naar voren dat de mensen verhalen zouden gaan schrijven over de Regenboogkerk. Dat weten zij later ook hoe het er was. ‘Anders verdwijnt de herinnering’. Verhalen en foto’s, die samen in een herinneringsboek zullen komen.
Het slotlied van de dienst was ‘Ga met God en Hij zal met je zijn’.
Na de kerkdienst konden de kerkgangers samen een kop koffie drinken en napraten, en bovendien deelnemen aan een door de koster verzorgde lunch.
© 2024. GereformeerdeKerken.info
Beeldverslag van de dienst op 22 september 2024 >