‘Niet alleen treuren om wat we achterlaten…’

Laatste dienst in de ‘Vredevorstkerk’ te Beverwijk.

Op zondagochtend 25 mei 2025 werd in de ruim zestig jaar oude protestantse (voormalig gereformeerde) Vredevorstkerk aan de Laan der Nederlanden in Beverwijk de laatste kerkdienst gehouden. De kerk was al verkocht aan de Koptische Kerk, maar vooralsnog konden de protestantse diensten doorgaan.

Een overzicht van de kerkzaal, die intussen als Koptische kerk is ingericht.

In de laatste dienst in de (al op Koptische wijze ingerichte) Vredevorstkerk was de voorganger ds. Tjitske de Vries uit Overveen en het orgel werd bespeeld door Kees Brinkman (het orgel werd in deze dienst overigens definitief voor het laatst bespeeld, althans in deze kerk). Het intochtslied was psalm 84 de verzen 1, 3 en 4: “Hoe lieflijk hoe goed is mij Heer het huis waar Gij Uw naam  en eer hebt laten wonen bij de mensen”.

De liederen.

In de dienst werden onder meer de volgende liederen gezongen: van lied 657 de verzen 1, 3 en 4: “Zolang wij ademhalen schept Gij in ons de kracht”. Van lied 791 werden de eerste vier verzen gezongen: “Liefde, eenmaal uitgesproken als Uw woord van het begin”. In aansluiting op de overdenking werd lied 969 gezongen: “In Christus is noch West noch oost, […] Geliefden, sluit u dan aaneen, vanwaar en wie g’ ook zijt”. Als slotlied werd gezongen lied  968: “De ware kerk des Heren, in Hem alleen gegrond”.

De Schriftlezing.

De ene Schriftlezing was op deze zondag uit Johannes 15 de verzen 9 tot 17 over ‘de wijnstok en de ranken’: “Ik heb jullie lief gehad zoals de Vader Mij heeft liefgehad. […] Mijn gebod is dat jullie elkaar liefhebben, zoals Ik jullie heb liefgehad. […] Ik noem jullie geen slaven maar vrienden. […] Ik heb jullie opgedragen op weg te gaan en blijvende vrucht te dragen.[…] Dit draag ik jullie op: Heb elkaar lief”.

Bij het begin van de dienst…

De overdenking.

De voorganger sprak woorden van de volgende strekking.

“Wat zeg je als je afscheid neemt van elkaar of als je afscheid neemt van zo’n vertrouwd kerkgebouw? We hoorden zonet van liefde en vreugde in de woorden van Jezus. Is dat niet een beetje vreemd vanwege de situatie? Toch spreekt Jezus woorden van liefde en heeft hij het over vreugde in zijn afscheidswoorden voor zijn discipelen, terwijl hij op weg is naar Gethsémané. Hij zegt hoe ongelooflijk veel Hij van zijn discipelen houdt: ‘Ik heb jullie liefgehad zoals de Vader Mij heeft liefgehad’. Hier voel je met eeuwigheidsdingen te maken te hebben. Toen Jezus gedoopt werd hoorde Hij hoeveel God van Hem houdt: ‘Dit is Mijn geliefde Zoon in wie Ik een welbehagen heb’. En nu zegt Jezus: ‘Zoveel als de Vader van Mij houdt, zoveel houd Ik van jullie’.

Laat die woorden vanochtend maar diep in uw hart doordringen, hoe u hier ook zit. God is liefde. In de Drieëeenheid bruist het van liefde tussen Vader, Zoon en Geest. Dan gaat als het ware de cirkel open en zegt Jezus: ‘Kom er maar bij!’ Het wordt als het ware een Viereenheid  Het is moeilijk voor te stellen, maar we mogen het ons nu letterlijk en figuurlijk te binnen brengen: wij mogen ons opgenomen weten in Gods kosmische liefde. Jezus zegt dan: ‘Breng de liefde in de praktijk. Als het je even mislukt: blijf in Mijn liefde. Je blijft in Mijn liefde als je je aan Mijn geboden houdt. Dan zal ik je Mijn vreugde geven’.

Tijdens de toespraak van kerkenraadslid Tanneke van der Boor.

Voor het Joodse volk zijn de Tien Geboden een bron van vreugde: ‘de Vreugde der Wet’. Dan dansen de mensen met de Thora-rollen in de synagoge. Het zijn niet zomaar regels, zij beseffen dat die woorden van de Thora aan alles voorafgaan. Zijn woord is de beweegreden voor heel de Schepping. De Thora ligt als een netwerk van liefde boven en onder de Schepping. Al die regels zijn bedoeld om menswaardig te leven en de liefde ruimte te geven. Dat mag ons een diepe vreugde geven.

Maar helpen deze woorden bij een afscheid? Zegt Hij dit vanochtend nu wel echt tegen u en mij? Ja, Hij bedoelt deze woorden voor al zijn discipelen, voor iedereen die met Hem wil leven door de tijden heen. Het is opgeschreven omdat het een boodschap voor de hele wereld is. God heeft de hele wereld lief, waarvoor Hij Zijn enige Zoon gegeven heeft, die openbaar geworden is in Zijn menselijk bestaan op aarde.

Wat hebben we er nu aan dat we in Zijn liefde moeten blijven? Het mag ons kracht en motivatie geven met vertrouwen in de toekomst, ook als we dit vertrouwde gebouw achter ons laten! Wat is het een belangrijke plaats voor u geweest! Een kerkgebouw is niet overbodig. We weten allen uit ervaring dat iets wat ‘overal’ kan plaatsvinden, ‘nergens’ kan plaatsvinden. Dit kerkgebouw was daarom een ankerplaats in tijd en ruimte. Een concentratiepunt dat ons tot op dit moment bepaalt bij het feit dat God ons met Zijn bestaan vervult.

Als dank voor de samenwerking werd aan een vertegenwoordiger van de Koptische Kerk een taart aangeboden.

Dat u nu dit kerkgebouw achter u moet laten, is verdrietig, het doet pijn. Maar laten we niet alleen treuren om wat we achterlaten. Laten we de woorden van Jezus serieus nemen: ‘Blijf in Mijn liefde’. Dat betekent niet dat we deze kerk dansend verlaten, maar wel in het besef dat we niet van ons zelf zijn. We behoren God toe: ‘Jullie hebben niet Mij uitgekozen, maar Ik jullie. Ik geef jullie een plaats in de wereld om op weg te gaan en vrucht te dragen’. Amen”.

Afscheid van de kerk.

Gebed bij de Paaskaars…

Kerkenraadslid Tanneke van der Boor kreeg het woord ter gelegenheid van het afscheid van de kerk. Zij herinnerde er aan dat het allemaal 61 jaar geleden begon, op 15 juli 1964. Ds. Joh. Knol [1917-1983] preekte toen over ‘de ware wijnstok’. De kerk was afgeladen vol. Het was een jonge gemeente met veel plannen. Er werd veel gevierd, gedoopt, getrouwd en gerouwd. Dan kan het pijnlijk zijn hier voor het laatst bijeen te zijn. Talrijke predikanten onderwezen ons, organisten begeleidden ons. Deze kerk was gewild voor concerten, en vergaderingen.

Tenslotte werd dank gebracht aan de Koptische Kerk voor de samenwerking in de laatste tijd. Aan een vertegenwoordiger van die kerk werd een taart aangeboden, ondersteund met applaus door de gemeenteleden. Mevrouw Van der Boor wees erop dat de kerkelijke gemeente kleiner geworden was en dat een keuze gemaakt moest worden om de gemeente veilig te stellen. Zij sprak uit dat ‘we er alle vertrouwen in hebben dat we in de Grote Kerk onze plek weer kunnen vinden’.

De liturgische voorwerpen worden de kerk uitgedragen…

Daarna werden door de predikant korte gebeden uitgesproken bij achtereenvolgens de Paaskaars, de kanselbijbel en het Avondmaalsstel. Deze werden daarna door gemeenteleden de kerk uit gedragen, terwijl gezongen werd Lied 968: ‘De ware kerk des Heren kent slechts een vaste grond, geschapen Hem ter ere, de bruid van Zijn Verbond’.

Beeldverslag van de laatste dienst in de Vredevorstkerk >

Translation into English:

“Don’t just grieve for what we leave behind…”

Last Service in the ‘Prince of Peace Church’ (Vredevorstkerk) in Beverwijk.

On Sunday morning, May 25, 2025, the final church service was held in the more than sixty-year-old Protestant (formerly ‘gereformeerde’) Prince of Peace Church on Laan der Nederlanden in Beverwijk. The church had already been sold to the Coptic Church, but Protestant services had continued there until now.

In the final service, held in the (already Coptically furnished) Prince of Peace Church, the officiant was Rev. Tjitske de Vries from Overveen, and the organ was played by Kees Brinkman (incidentally, this was the last time the organ was ever played in this church). The processional hymn was Psalm 84, verses 1, 3, and 4: “How lovely, how good it is to me, Lord, the house where You have let Your name and glory dwell among the people.”

The Hymns.

The following hymns, among others, were sung during the service:
From hymn 657, verses 1, 3, and 4: “As long as we breathe, You create in us the strength”; from hymn 791, the first four verses were sung: “Love, once spoken as Your word from the beginning.” Following the sermon, hymn 969 was sung: “In Christ there is no West or East, (…) Beloved, then unite, wherever and whoever you are.” As the closing hymn, hymn 968 was sung: “The true Church of the Lord, founded in Him alone.”

The Scripture Reading.

The single Scripture reading that Sunday was from John 15, verses 9 to 17, about ’the vine and the branches’: “I have loved you as the Father has loved Me. […] My command is this: Love each other as I have loved you. […] I no longer call you servants, but friends. […] I appointed you to go and bear fruit—fruit that will last. […] This is my command: Love each other.”

The Sermon.

The minister spoke words to the following effect:

“What do you say when you’re saying farewell—either to one another or to such a familiar church building? We just heard about love and joy in Jesus’ words. Isn’t that a bit strange in this situation? Yet Jesus speaks words of love and talks about joy in His farewell words to His disciples, while on His way to Gethsemane. He says how incredibly much He loves His disciples: ‘I have loved you as the Father has loved Me.’ Here, you sense you’re dealing with eternal matters. When He was baptized, He heard how much God loved Him: ‘This is My beloved Son in whom I am well pleased.’ And now Jesus says: ‘As much as the Father loves Me, so much I love you.’

Let those words sink deep into your heart this morning, however you may be sitting here. God is love. Within the Trinity, love bubbles between Father, Son, and Spirit. Then, as it were, the circle opens, and Jesus says: ‘Come join!’ It becomes, in a manner of speaking, a Quadrinity. It’s hard to imagine, but we may literally and figuratively bring it to mind. We may know ourselves embraced in God’s cosmic love. Jesus then says: ‘Put love into practice. If you fail at times: remain in My love. You remain in My love if you keep My commandments. Then I will give you My joy.’

For the Jewish people, the Ten Commandments are a source of joy: ‘the Joy of the Law.’ People dance with the Torah scrolls in the synagogue. These are not just rules; they understand that the words of the Torah precede everything. His word is the motivation behind all of Creation. The Torah lies as a network of love above and beneath Creation. All these rules are meant to enable people to live with dignity and to give love room. That can give us deep joy.

But do these words help when saying goodbye? Is He really saying this to you and me this morning? Yes. He means these words for all His disciples, for everyone who wants to live with Him through the ages. It’s written down because it’s a message for the entire world. God loves the whole world, for whom He gave His only Son, who was revealed in His earthly human life.

What good is it to us to remain in His love? It can give us strength and motivation to face the future with confidence, even as we leave behind this familiar building! This has been such an important place for you. A church building is not redundant. We all know from experience that when something can happen ‘anywhere’, it often happens ‘nowhere’. This church building was therefore an anchoring place in time and space. A focal point that, up until this moment, reminded us that God fills us with His presence.

That you now have to leave this church building is sad—it hurts. Let’s not only mourn what we’re leaving behind. Let’s take Jesus’ words seriously: ‘Remain in My love.’ That doesn’t mean we leave this church dancing, but it does mean we leave in the awareness that we do not belong to ourselves. We belong to God: ‘You did not choose Me, but I chose you. I appoint you to go out into the world and bear fruit.’ Amen.”

Farewell to the Church.

Church council member Janneke van der Boor spoke on the occasion of the farewell to the church. She recalled that it all began 61 years ago, on July 15, 1964. Rev. Joh. Knol [1917–1983] preached then about the true vine. The church was packed. It was a young congregation with many plans. There were many celebrations, baptisms, weddings, and… funerals. That makes it painful to be gathered here for the last time. Numerous ministers taught us, organists accompanied us. This church was popular for concerts and meetings.

Finally, heartfelt thanks were expressed to the Coptic Church for the cooperation in recent times. A cake was presented to a representative of that church, accompanied by applause from the congregation. Mrs. Van der Boor pointed out that the church congregation had become smaller and that a choice had to be made to ensure the community’s future. She expressed confidence by saying, We are fully confident that we will find our place again in the Grote Kerk.”

Then, the pastor offered short prayers at the Paschal candle, the Pulpit Bible, and the Communion set. These items were then carried out of the church by members of the congregation while hymn 968 was sung: “The true Church of the Lord has only one sure foundation, created for His glory, the bride of His Covenant.”