De Gereformeerde Kerk te Aalsmeer (3)

( < Naar deel 2 ) –  Op 26 februari 1978 deed ds. R.J. de Jong (1920-1991) intrede in Aalsmeer. Hij was leraar godsdienstonderwijs in Drachten en was tot 1984 aan de kerk van Aalsmeer verbonden, totdat hij per 1 april dat jaar vervroegd uittrad.

Ds. R.J. de Jong (1920-1991).

  • De tijd tot heden in vogelvlucht en met zevenmijlslaarzen.

De jaren ’60 en daarna.

De jaren ’60 waren roerige tijden. Maatschappelijke onrust manifesteerde zich allerwegen. Rebellerende provo’s, langharige hippies, de stijgende populariteit van drugs, de Dolle Mina’s, demonstraties tegen de oorlog in Vietnam, de bezetting van het Maagdenhuis van de Universiteit van Amsterdam, die ook haar weerslag had op het studentenleven aan de Vrije Universiteit. Maar daarbij bleef het niet. De kruisraketten waren er ook nog ‘en die moeten de wereld uit, te beginnen bij Nederland’, waarbij in de kerken verdeeldheid ontstond over de rol van het Interkerkelijk Vredesberaad (IKV), dat eenzijdige  ontwapening wilde. Het ICTO, ‘de rechtse tegenhanger’ van het IKV, pleitte voor tweezijdige ontwapening.

Een tekening van het Interkerkelijk Vredesberaad (IKV) over de kruisraketten.

In de jaren ’70 werd in de kerken ook veel gesproken over de visie op de bijbel van dr. H. Kuitert (1924-2017) en die van dr. H. Wiersinga (1927-2020).

Ds. J.H. Zelle (1907-1983).

Deze maatschappelijke en kerkelijke verwikkelingen brachten in de Gereformeerde Kerken onrust teweeg. Enkele zaken brachten ook de kerk van Aalsmeer enigszins in onrust. Zoals toen in 1960 door de jeugd de om zijn bijzondere levensstijl bekend staande (en bij veel kerken zeer populaire) ds. J.H. Zelle (1907-1983) uit Leeuwarden (die van 1949 tot 1956 in Rockanje zijn enige gemeente had) werd uitgenodigd, zonder daar de kerkenraad of de jeugdouderling in te kennen. Dat gaf spanningen.

Bioscoopbezoek was aanvankelijk not done, en tegen het vertonen van films in kerkelijke gebouwen had de kerkenraad bezwaren, tenzij het een ‘verantwoorde’ rolprent was; ‘een kolderfilm als De Gebroeders Pech viel daar in elk geval niet onder. Ook dansen tijdens slotavonden van kerkelijke jeugdverenigingen kon in het seizoen 1962/1963 in de ogen van een deel van de kerkenraad geen genade vinden, al viel het achteraf wel wat mee met die zogenoemde ‘ontaarde’ gebeurtenis: ‘Er was niet de hele avond gedanst, en de kosten van die avond bleken maar fl. 28 te zijn geweest, zodat niet gezegd kan worden dat ons dure geld weggesmeten is voor een dansavond’. Ook andere gevoelige thema’s kwamen aan de orde: samenwonen (door sommigen als ‘hokken’ aangeduid), homofilie, politiek getinte preken, en de zo nu en dan door thematische preken vervangen catechismuspreken op de zondagmiddag.

Gedenksteen bij de bouw van de Triumphatorkerk in 1956 (foto: Reliwiki, J.H. de Rijk, Badhoevedorp).

Ook andere gewoonten veranderden. Behalve de traditionele jeugd- en mannenverenigingen kwamen er ook bijbel- en gemeentekringen. Dit alles om het gemeenteleven – het onderling contact tussen de gemeenteleden – te verbeteren, zeer lovenswaardig en ook gestimuleerd vanuit ‘Leusden’, waar destijds het Landelijk Dienstencentrum van de Gereformeerde Kerken gevestigd was. Ook liturgische zaken vergden kennelijk aanpassingen, waarvoor de kerkenraad niet altijd bij iedereen de handen op elkaar kreeg. De avondmaalsvieringen werd afwisselend op verschillende manieren gevierd, vroeger alleen ‘aan de tafels voorin de kerk’, nu ook op andere manieren. Het zingen vóór de kerkdienst kwam in zwang,

Ook over de snelheid van de veranderingen werd in de kerkenraad verschillend gedacht. “Een ouderling beklaagt zich in 1983 er tenminste over dat in de kerkenraad te weinig rekening gehouden wordt met de gevoelens van minderheden”. Hij had daarbij de indruk dat de ‘progressieve minderheden’ in de kerk het zwaarder hadden dan de ‘conservatieve meerderheid’. Hoe het zij, de kerk overleefde de verschillen van inzicht, al was er steeds meer zorg over het verminderende kerkbezoek dat zich overigens niet alleen in Aalsmeer, maar in heel het land manifesteerde en niet alleen in de Gereformeerde Kerken.

 Gezamenlijke diensten in Kudelstaart.

Het Dorpshuis te Kudelstaart, zoals het er toen uit zag (foto: Nieuwe Meerbode).

In 1977 was al besloten de pastorale bearbeiding van de gemeenteleden in Kudelstaart samen met de hervormde gemeente van Aalsmeer te verzorgen. Zou er misschien ook een gezamenlijk  gebouwd kerkelijk centrum moeten komen? zo vroeg men zich af. Of zouden de diensten in de christelijke school of in het plaatselijke Dorpshuis gehouden kunnen worden? Van een eigen kerkelijk centrum kwam het niet, want al gauw werd besloten de diensten inderdaad in het Dorpshuis te houden, aanvankelijk weliswaar voor een proefperiode van een half jaar. Maar het beviel zo goed, dat besloten werd de proefperiode voor onbepaalde tijd te verlengen. Vanaf 1981 werd er ook avondmaal gevierd en kon er gedoopt worden.

In 1984 werd in Kudelstaart een eigen gereformeerde wijkkerkenraad ingesteld, die met die van de hervormden fuseerde. Bovendien werden in het vervolg in het Dorpshuis wekelijks diensten gehouden, om de beurt met als voorganger de predikanten van de hervormde gemeente en die van de Gereformeerde Kerk. Ook een behoorlijk aantal leden uit Aalsmeer bezocht de diensten in Kudelstaart, en niet veel later kwam het denkbeeld op om in Kudelstaart een zelfstandige gemeente te vormen. In 1994 werd de Protestantse Gemeente Kudelstaart een feit. Dat kostte beide Aalsmeerder gemeenten leden; de Gereformeerd Kerk verloor er 350 lidmaten door. Enkele jaren geleden werd het Dorpshuis ingrijpend gerenoveerd.

De predikanten tot heden.

Ds. W.J.A.P. Stolk (1951-2000).

Na ds. Van Houten en ds. De Jong waren de volgende predikanten achtereenvolgens of gelijktijdig aan de Gereformeerde Kerk te Aalsmeer verbonden. Op 21 oktober 1979 deed ds. P. Verschoor (*1945) uit Oss intrede in Aalsmeer en was tot 1984 aan de kerk verbonden, toen hij naar de kerk van Helmond vertrok. Ds. D.J. de Lange (*1936) uit het Drentse Borger deed op 2 september 1984 intrede en ging ongeveer vijf jaar later, in 1989, met emeritaat. Van 1985 tot 2000  was ds. W.J.A.P. Stolk (1951-2000) uit Molenaarsgraaf-Brandwijk gedurende ongeveer vijftien jaar aan de kerk van Aalsmeer verbonden. Ds. mw. A. Schrage-Buitenbos (*1944) deed op 8 juni 2003 intrede in Aalsmeer als part-time predikant. Zij ging in 2009 met emeritaat. Ds. T.H.P. Prins (*1953) is sinds 24 oktober 2004 aan de kerk van Aalsmeer verbonden.

Het orgel.

Het orgel in de oude kerk aan de Dorpsstraat.

Rond 1907 kreeg het oude kerkje in de Dorpsstraat – zoals we al eerder aangaven – een heus orgel, na daarvóór een gehuurd orgeltje te hebben gebruikt. Er werd geregeld flink aan het ‘nieuwe’ pijporgel gesleuteld, maar nog voor het einde van de Tweede Wereldoorlog kwamen er al discussies over de vraag wat er met het orgel moest gebeuren; het was namelijk versleten.

Het bleef echter dienst doen tot de ingebruikneming van de nieuwe kerk aan de Ophelialaan. Toen werd een nieuw instrument aangeschaft (het oude werd aan de Gereformeerde Kerk in het Groningse Zuidhorn verkocht). Het drieklaviers orgel werd in 1975 flink onder handen genomen: het werd opnieuw geïntoneerd en van een nieuwe speeltafel voorzien. De imposante drie klavieren werden teruggebracht naar twee en met behulp van enkele registers uit het instrument van de kerk van Boskoop werd het enigszins uitgebreid.

Het verbouwde orgel uit de gereformeerde Westerkerk aan de Kraneweg te Groningen, zoals dat nu in Aalsmeer in gebruik is (foto: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed).

In augustus 1987 werd echter besloten een ander orgel aan te schaffen, en wel het instrument van de juist in die tijd gesloten gereformeerde Westerkerk aan de Kraneweg in Groningen. Bij plaatsing in Aalsmeer moest het natuurlijk aangepast worden en werden bovendien enkele registers uit het oude orgel in het nieuwe instrument overgebracht. Dit instrument bleek een succes. Het was een goed orgel!

‘Samen-op-Weg’.

Al eerder (bijvoorbeeld in de jaren ’20 en in de oorlog) waren enkele  vluchtige contacten ontstaan met de Nederlandse Hervormde Gemeente in Aalsmeer. Later waren er contacten om te zien of in de Seringenbuurt een gezamenlijk kerkelijk centrum gebouwd kon worden en daarna was er overleg geweest in verband met de samenwerking in Kudelstaart. In 1971 werden afspraken gemaakt over avondmaalsdiensten in de bejaardenhuizen Seringenpark en Rustoord. Bovendien vond dat jaar voor het eerst kanselruil plaats, waarbij de gereformeerde predikant in de hervormde kerk en de hervormde predikant in de gereformeerde kerk voorging.

Het interieur van de Open Hofkerk, in 2017 gefotografeerd (foto: Reliwiki, Anton van Daal).

Uiteindelijk werd in 1980 een Commissie Hervormd-Gereformeerd ingesteld en werden ook enkele gezamenlijke kerkenraadsvergaderingen gehouden. In 1987 werd zelfs afgesproken dat de gereformeerde kerkenraad en die van hervormd-Zuid onder gezamenlijke verantwoordelijkheid avondmaalsdiensten zouden houden.

Maar in het begin van de jaren ’90 werden de contacten stilgelegd. De hervormden legden meer de nadruk op de ‘eenheid van de Centrale Hervormde Gemeente te Aalsmeer’. En ook de gereformeerde prediking was niet naar de zin van de hervormden: ‘te weinig zonde en genade’. Maar in 1999 werden de gesprekken met de hervormden – eerst alleen via de moderamina – voorzichtig hervat, die al snel weer begonnen te bloeien, zodat in 2004 zelfs gesproken werd over een fusie tussen de Gereformeerde Kerk en de hervormden van wijk-Zuid, die hun kerkdiensten hielden in de Zuiderkerk.

De voormalige hervormde Zuiderkerk te Aalsmeer (foto: Reliwiki, Alie Stok-Britting).

Protestantse Gemeente Aalsmeer (2008).

Uiteindelijk leidden de besprekingen tot de fusie van de Gereformeerde Kerk en de Hervormde Gemeente Zuid, die op zondag 6 juli 2008 met de eerste dienst van de nu Protestantse Gemeente Aalsmeer gevierd werd in de kerk aan de Ophelialaan, die tot dan toe ‘gereformeerde Triumphatorkerk’ heette.

Naambord ‘Open Hofkerk’ (foto: Reliwiki, M.J. de Rijk, Badhoevedorp).

Toen het officiële moment van de fusie daar was werd op het teken van een trompettist de oranje/witte PKN-vlag gehesen. Behalve een wethouder werd de fusiebijeenkomst ook bijgewoond door vertegenwoordigers van de classis, en van de andere PKN-gemeenten in Aalsmeer (Hervormd-Oost en -Dorp) vertegenwoordigd waren. Verder waren aanwezig afgevaardigden van de Doopsgezinde Gemeente, de Christelijke Gereformeerde Kerk en de R.K.-parochie.

De Open Hofkerk (foto: Reliwiki, M.J. de Rijk, Badhoevedorp).

De tweede keer dat de trompet klonk was het teken dat de nieuwe naam van de kerk werd onthuld: de letters ‘Triumphatorkerk’ waren verwijderd en de nieuwe benaming aangebracht: Open Hofkerk. De hervormde Zuiderkerk werd buiten gebruik gesteld en later afgebroken.

De ledentallen van de Gereformeerde Kerk te Aalsmeer.

De ledentallen van De Gereformeerde Kerk te Aalsmeer tussen 1916 en 2006 (bron: Jaarboeken GKN en PKN).

Bronnen onder meer:

Gemeenten en predikanten van De Gereformeerde Kerken in Nederland. Leusden, 1992

G.W. van Heuvelen, Een blik op 75 jaar Christelijke Gereformeerde Kerk van Aalsmeer/Hoofddorp. 1919-1994. Amsterdam, 1994

Jaarboeken (ten dienste) van De Gereformeerde Kerken in Nederland. Goes, div. jrg.

J. de Lange, Blijdschap en verwondering. Gereformeerde Kerk van Haarlemmermeer-Oostzijde 1856-31 augustus-1956. G.p., 1956

W.J. Stolk, Soli Deo Gloria. De gemeente rond de Triumphator 100 jaar. 1906-2006. Aalsmeer, 2006

F. van der Veen, Kerken in Noord-Holland. Zoetermeer, 2001

P. Verschoor, Gereformeerde Kerk Aalsmeer vijf-en-zeventig jaar. 1906-1981. Aalsmeer, 1981

© 2020. GereformeerdeKerken.info